Hendrijck Claesen en de ledematenlijst van Gellicum
Op een vergeelde ledematenlijst uit Gellicum uit 1657 ontdekte ik de naam van mijn voorvader (stamvader, 10 generaties) “Hendrijck Claesen timmerman verloop”. Deze vondst opende een venster naar het leven van een 17e-eeuws timmerman die diende als diaken en mogelijk werkte aan het kasteel van Gellicum.

Hendrijck leefde van ca. 1618 tot vóór 29 november 1671. In een archiefstuk met die datum staat: “Thoentgen Jans, weduwe van Hendrik Claesen, in leven timmerman te Gelcum, etc.“. Zij staat ook bekend als Teuntje Jansdr. (van Gellicum) en overleed twee jaar later.
Conflict met de predikant
In de twee regels boven de namen staat geschreven:
Ledematen tot Gellicom; gevonden, en aangenomen door d. Jo. Corn. ab Englisch, tot pred. v. Rumpt & Gellicm bevest. 25 oct. 1657.
De predikant was Johannes Cornelii ab Englisch, afkomstig uit Emmerik, die niet lang daarvoor uit het rooms-katholieke pausdom was overgekomen. Hij kwam in conflict met de classis van Zaltbommel over zijn benoeming tot predikant in Rumpt en Gellicum.
De classis had Johannes na een examen afgewezen, mede op aandringen van de lidmaten in Rumpt die zeiden hem niet te kunnen verstaan tijdens zijn preek.
Zijn broer Theodorus – eveneens predikant – tekende beroep aan tegen deze afwijzing. Dit beroep werd behandeld op de Gelderse Synode van 2 tot 10 september 1657 met als resultaat dat Johannes, na een herexamen, alsnog te Rumpt en Gellicum als predikant werd benoemd. De volgende maand bevestigde hij de ledematen tot Gellicum en schreef de lijst met pen op papier.
Bovenaan staan de Hoogadelijke Alexander Tengnaegel Heer tot Gellicum, zijn echtgenote Gertruijdt van Bo(e)tzelaer Mevrouw tot Gellicum en hun vier kinderen: Gi(j)sbert, Anna Catharina, Agnes en Gertruijdt Tengnaegel. Dan volgt de naam Steven (?). Hieronder staat de naam van Hendrijck Claesen timmerman verloop, alleen, zonder “huijsvrouw”. De eerste letters van zijn naam zijn met hoofdletters geschreven, in tegenstelling tot het achtervoegsel timmerman verloop.
Hendrijck Claesen timmerman verloop
Hij was geboren in Asperen, niet ver van Gellicum. Als prelegaat erfde hij op 24 november 1650 van zijn vader Claes Fredericksz. (ca. 1595-1661) alle timmermansgereedschap. Zijn vader werd opgenomen als lidmaat te Asperen in 1626 (Pasen; bij belijdenis) en was timmerman en kerkmeester te Asperen in 1629 en 1630. De grootvader van Hendrijck was Frederick Claesz., schrijnwerker in Asperen in 1608. Dit waren dus al drie generaties timmermannen in die tijd.
Hendrijck Claesz. was “gegoed” te Gellicum in 1650. Hij stond mogelijk in dienst van de Heer tot Gellicum en “timmerde” aan het kasteel van Gellicum.
Het is nog maar de vraag waarom hij op de lijst staat als ‘timmerman verloop’. Geen van de anderen op de lijst heeft een verwijzing naar een ambacht of bezigheid, behalve dan als zij ‘huijsvrouw’ waren bij hun echtgenoot, of weduwe. Misschien vroeg de predikant (die hem niet goed kende vanwege zijn benoeming pas de maand ervoor): “…en wie bent U…?” en Hendrijck antwoordde met: Hendrijck Claesen, timmerman verloop, vanwege zijn voorouders die timmerman waren.
Op de bovengenoemde microfilm stond nog een ander document, gedateerd 17 februari 1658, waarop Hendrijck Claesz Verloop zelf zijn handtekening heeft gezet, alsmede de kasteelheer A. Tengnagell en predikant Joan. Cornelius ab Englisch. Vooralsnog is dit de alleroudste handtekening in mijn Verloop stamboom.

Het Kasteel

Het kasteel in Gellicum dateert van vóór 1326. Afbeeldingen uit de 18e eeuw tonen een omgracht, versterkt kasteel met een voorgevel in renaissancestijl (zie afbeelding boven). In 1626 kwam het kasteel via zijn moeder Josina van Dort in bruikleen van Alexander Tengnaegel (1600-1679), waarna deze familie het tot eind 18e eeuw in bezit hield. Rond 1750 vond nog een verbouwing plaats.
Eind 18e eeuw werd het kasteel door de Tengnaegels verhuurd en het bouwwerk raakte in slechte staat en werd uiteindelijk in 1800 geveild en voor afbraak verkocht. In 1802 werd het kasteel daadwerkelijk gesloopt en met de grond gelijk gemaakt. De bijbehorende gronden werden verdeeld over diverse eigenaren. Op de plek werd later de rooms-katholieke pastorie gebouwd.
De rooms-katholieke Kerk
De toren van de laat-gotische dorpskerk dateert uit de 13e eeuw, de kerk zelf een eeuw later. Heel bijzonder is het rechthuis van het schoutambt Gellicum, gebouwd tegenaan de toren van de kerk in 1630. In 1581 raakte de rooms-katholieke gemeenschap de kerk kwijt en kerkt hier de kleine hervormde gemeenschap.
In 1803 komt de kerk weer terug in katholieke handen. De kerk betreft religieus erfgoed en is een rijksmonument. De toren en rechthuis zijn eigendom van de gemeente Geldermalsen. De kerk wordt wel genoemd een van de parels van de Betuwe, en, wat bijzonder is, een van de weinige middeleeuwse kerken boven de grote rivieren die in rooms-katholieke handen is.
Hendrijck Claesz. Verloop was diaken van de kerk van 1656 tot 1662.



Wanneer ik nu door het kleine Gellicum wandel, waar het kasteel al ruim twee eeuwen verdwenen is, voel ik een bijzondere verbinding met deze plek. De handtekening van Hendrijck Claesen Verloop uit 1658, gezet naast die van kasteelheer Tengnagel en predikant ab Englisch, is niet alleen de oudste in mijn stamboom, maar vormt een tastbare brug tussen mijn leven en dat van een timmerman die hier, aan de oevers van de Linge, zijn sporen naliet.
Bronnen
- Microfilm uit 1950 van de Genealogy Society of Utah (GSU)
- HoGenDa, Archief en Publicaties van de Hollandse Vereniging voor Genealogie “Ons Voorgeslacht”
- Berghapedia, Encyclopedie van het land van Bergh
- Kasteel van Gellicum
- Historie van Gellicum, door A.F. Verstegen, mei 2020 (PDF)
- Regionaal Archief Rivierenland (RAR) in Tiel: https://regionaalarchiefrivierenland.nl
- Wikipedia – van Tengnaegels
Note: Na digitalisering is de lijst van Ledematen tot Gellicum (e.v.a. documenten) tegenwoordig ook on-line te vinden op de website van het Regionaal Archief Rivierenland (RAR) in Tiel.
Lees ook
Hendrijck Claesen en de ledematenlijst van Gellicum