Wie waren die ‘Zusters’ die als eerste ons huis bewoonden?

verhaal

Drie zusters die ons huis bewoonden
Bron: Cathalijne van Oort

Wie waren die ‘Zusters’ die als eerste ons huis bewoonden?

Ze heetten Adriana, Francina en Geertrui, de eerste bewoonsters van ons bijna honderd jaar oude huis. We wisten van hun bestaan, al kenden we ze alleen als De Zusters: oudere dames die hun hele leven in het huis gewoond hadden en het pas begin jaren 1990 verkochten.

Dames die bij hun vertrek de klassieke plafondlamp hadden achtergelaten die wij – twintig jaar later – weer een plek in ons huis zouden geven. Wat wij over hen wisten was summier, maar sprak tot de verbeelding. Voldoende om er de archieven eens op na te slaan…

Familie Trouborst

Ik weet niet precies wat ik verwachtte te vinden toen ik in Delpher op zoek ging naar vermeldingen van ons huisadres. Wat ik vond was des te interessanter: een aankondiging van het veertigjarig huwelijk van een zekere Adriaan Trouborst en Francina Goudriaan. De datum: 17 september 1937. De plaats: ons huis.

Resultaat! Want Trouborst herkenden wij als de naam van de zusters van wie de vorige eigenaren het huis gekocht hadden. Waren die bejaarde dames dan de dochters van het robijnen bruidspaar uit 1937? Na een middag speuren door de digitale archieven van de burgerlijke stand, de lokale kranten en die van de begraafplaats, had ik de contouren van hun verhaal…

Een hecht gezin

Adriaan en Francina Trouborst verhuisden in 1930 met zes van hun negen kinderen naar het splinternieuwe huis in Gouda. Vader was boekhouder en ook dochter Francina (24), Pieter (21), Gerard (19) en Cornelia (16) werkten al. De twaalfjarige Geertrui zat nog op school. Adriana van 27 had geen werk. Hielp zij haar moeder in het huishouden? Niet ondenkbaar, in die tijd zonder de luxe van onze moderne wasmachines en stofzuigers.

Stel: je kent twee zusters, A en B; als je in de gunst wilt komen van A, vergeet dan nooit te beginnen met attenties te bewijzen aan B.
Stendhal, Frans romanschrijver, geboren Henri Beyle (1783-1842)


In 1937 vierden vader en moeder Trouborst hun veertigjarig huwelijksfeest, omringd door hun kinderen en kleinkinderen. Maar een nieuwe wereldoorlog dreigde, en Joodse vluchtelingen namen hun intrek in de straat. Geen van hen zou de Oorlog overleven, evenmin als vader en moeder Trouborst. Zij overleden begin 1941 kort na elkaar. Ouderdom? Slechte gezondheid? Wie zal het zeggen. Feit is dat het huis in de familie bleef. Pieter, Gerard en Cornelia bleven er wonen tot zij trouwden. Adriana, Francina en Geertrui trouwden niet en bleven.

Hielp Adriana haar moeder in het huishouden?

Terwijl hun neefjes en nichtjes opgroeiden in de straten om hen heen, wijdden Francina en Geertrui zich aan hun werk: de een was onderwijzeres, de ander ambtenaar. Allebei ontvingen zij na veertig dienstjaren een koninklijke onderscheiding. En Adriana? Was zij moeder en huishoudster voor haar carrièrezussen? Van haar ontbreekt na 1930 elk spoor, al wijst een oproepje in een lokale krant uit 1964 erop dat er drie personen op het adres woonden: Gevraagd, nette jonge hulp voor klein gezin (3 p.).

Aan alles een einde

Een paar jaar na het overlijden van Geertrui in 1986, besloten Adriana en Francina hun ouderlijk huis te verkopen. Zij waren toen 90 en 87 jaar.

Dat is inmiddels dertig jaar geleden. De drie zussen delen al jaren een graf op het nabije kerkhof. Maar het huis hebben ze nooit echt verlaten. Hun verhaal zit in de muren, de plafondlamp en de rozenstruiken die zij achterlieten.

Zelf onderzoek doen naar de geschiedenis van je huis?

  1. Begin bij jezelf: wat weet je al, uit de verhalen van de makelaar of de buren? Staan er aanwijzingen in de overdrachtsdocumenten van je huis?
  2. Zoek naar vermeldingen van je adres in krantenarchieven als Delpher. Een regionaal of streekarchief kan ook een eigen collectie met lokale kranten hebben.
  3. Heb je namen gevonden? Zoek dan in archieven van de burgerlijke stand naar verdere informatie. Bezoek hiervoor websites als WieWasWie of Open Archieven.
  4. Tot ongeveer 1920 vermeldde het bevolkingsregister wie er op een adres woonde. Daarna gingen ze over op gezinskaarten: per gezin werden de adressen geregistreerd. In de Oorlog veranderde dat in de persoonskaarten. Op die kaarten vind je, behalve namen en adressen, ook geboortedata en beroepen van de bewoners. Hoewel het bevolkingsregister meestal online te vinden is, geldt dat (nog) niet voor alle gezins- en persoonskaarten. Die kun je vaak zonder afspraak inzien op de studiezaal van het regionaal/streekarchief.

Lees ook

DNA-test kopen? Dit moet je weten!
30 Tips voor het zoeken naar aktes
Herkomst van plaatsnamen
Maak een puzzel van je stamboom
Gedagvaard om een dubbele achternaam?
Opvallende berichten uit de kranten van vroeger

Wie waren die ‘Zusters’ die als eerste ons huis bewoonden?

Reageer op dit artikel
Opmerkingen over artikel
Schrijf mij in voor de nieuwsbrief (1 x per 3 maanden)
Bezig met versturen

Wil je een donatie doen?
Yory is non-profit, maar de kosten zijn zeker € 600 per jaar. Met donaties kan dit platform blijven bestaan.

Yolanda Lippens donatie