Werd jouw voorouder veroordeeld door de rechtbank?
Mogelijk ben je in de gevangenisregisters of in oude kranten op Delpher al eens tegengekomen dat je voorouder veroordeeld werd door de rechtbank. Echter, zo’n strafvonnis vinden is niet altijd gemakkelijk. Zeker niet daar de rechterlijke organisatie in Nederland niet altijd hetzelfde is geweest.
In dit artikel zet ik uiteen hoe je zo’n strafvonnis kan vinden en welke mogelijke aanknopingspunten er zijn om er achter te komen of je voorouder strafrechtelijk werd veroordeeld.
Een stukje strafrechtshistorie
In 1810 werd het Koninkrijk Holland, dat werd voorafgegaan door de Bataafse Republiek, door Napoleon bij het Eerste Franse Keizerrijk ingelijfd. In dit keizerrijk traden in 1811 de Code Pénal (Wetboek van Strafrecht) en de Code d’Instruction criminelle (Wetboek van Strafvordering) in voege.
Toen in 1813 het Soeverein vorstendom der Verenigde Nederlanden en in 1815 het Koninkrijk der Nederlanden ontstond, bleef deze Franse wetgeving echter van kracht. De Franse wetgeving voorzag in drie categorieën strafbare feiten:
- Contraventions: overtredingen
- Délits: wanbedrijven
- Crimes: misdrijven
Overtredingen kwamen voor de rechtbank van enkele politie, ook wel vredegerecht genoemd, en wanbedrijven voor de rechtbank van eerste aanleg. Misdrijven werden echter behandeld door de hoven van assisen. In tegenstelling tot wat het geval was bij de rechtbank van eerste aanleg, kon het openbaar ministerie een verdachte van een misdrijf niet rechtstreeks voor het hof van assisen dagvaarden.
Raadkamer
Misdrijven moesten eerst worden voorgelegd aan een onderzoeksrechter die deze zaak vervolgens weer kon doorverwijzen naar de raadkamer. Indien de raadkamer de zaak doorverwees naar de kamer voor inbeschuldigingstelling, kon deze de zaak voor het hof van assisen brengen.
De rechtspraak in de hoven van assisen vond in de Franse tijd plaats met behulp van een jury. Deze juryrechtspraak werd in december 1813 echter afgeschaft. Ook de wijze waarop men vanaf 1813 in beroep of cassatie kon gaan tegen de uitspraak van de strafrechter wijzigde enigszins. Vanaf 1813 gold het volgende:
- Rechtbank van enkele politie: in beroep bij de rechtbank van eerste aanleg
- Rechtbank van eerste aanleg: in beroep bij de rechtbank van eerste aanleg in de arrondissementshoofdplaats
- Rechtbank van eerste aanleg in de arrondissementshoofdplaats: in beroep bij de rechtbank van eerste aanleg in de arrondissementshoofdplaats van een ander arrondissement
- Hof van assisen: geen beroep mogelijk, in cassatie bij het Hooggerechtshof der Verenigde Nederlanden
Het systeem op de schop
Op 1 oktober 1838 trad het nieuwe Wetboek van Strafvordering, waaraan reeds jaren was gewerkt, in voege. Het gevolg was dat de Nederlandse (straf)rechterlijke organisatie ingrijpend zou wijzigen. De nieuwe organisatiestructuur bestond uit kantongerechten, (arrondissements)rechtbanken, provinciale gerechtshoven en de Hoge Raad der Nederlanden.
‘Het geweten is het bewust zijn van een innerlijke rechtbank.‘
Tot 1886 oordeelde in eerste aanleg het kantongerecht over overtredingen, de rechtbank over wanbedrijven en het gerechtshof over misdrijven (uitzonderingen daargelaten). In hoger beroep oordeelde de rechtbank over door de kantonrechter gewezen vonnissen en het gerechtshof over door de rechtbank gewezen vonnissen. Na het hoger beroep kon cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad.
Opheffing
In de jaren 1876 en 1877 werd het aantal rechterlijke instanties aanzienlijk verminderd. In 1876 verdwenen de provinciale gerechtshoven, welke werden vervangen door de vijf gerechtshoven te Amsterdam, Arnhem, Den Haag, ‘s-Hertogenbosch en Leeuwarden. En in 1877 werd daarnaast een aantal rechtbanken en een flink aantal kantongerechten opgeheven.
Het eerste Nederlandse Wetboek van Strafrecht trad in 1886 in werking en verving de Code Pénal uit 1811. Een belangrijke wijziging in het nieuwe wetboek was dat er nog maar twee in plaats van drie categorieën strafbare feiten waren. Namelijk overtredingen en misdrijven zoals we dat tot op de dag van vandaag kennen.
Soorten bronnen
In de archieven van rechtsprekende instanties kan je allerlei soorten stukken tegenkomen. De stukken die voor jouw onderzoek het meest interessant zijn, zet ik hieronder uiteen.
Klappers / indexen | Op achternaam gesorteerde index met daarbij de rolnummers van de strafzaken |
Rol(boeken) / zittingsrol | Op datum en rolnummer gesorteerde index met een overzicht van de zittingen die iedere dag hebben plaatsgevonden, vaak met vermelding van strafbaar feit |
Staten van strafzaken | Op rolnummer gesorteerde index met een overzicht van de status van strafzaken, inclusief namen van verdachten en opgave van het strafbaar feit |
Processen-verbaal / audiëntiebladen | Door de griffier opgemaakt verslag van hetgeen op de terechtzitting heeft plaatsgevonden, meestal inclusief tenlastelegging, requisitoir van de officier van justitie, een eventueel pleidooi van de advocaat, en de overweging en de uitspraak van de rechter(s) |
Vonnissen | De door de rechter uitgesproken veroordeling (of vrijspraak) van de verdachte |
Procesdossiers | Dossiers van met name de wat grotere en belangwekkende zaken, welke uiteenlopende stukken kunnen bevatten van de procespartijen |
Zoektips
Er zijn allerlei manieren om er achter te komen of je voorouder strafrechtelijk werd veroordeeld. Zijn de gevangenisregisters van de provincie waar jouw voorouder woonde geïndexeerd? Dan kan je kijken of hij of zij in deze index voorkomt. Als dat het geval is, dan kan je in het register zelf de datum van het vonnis en de naam en locatie van de rechtsprekende instantie vinden.
Ook kan je in oude kranten, bijvoorbeeld op Delpher of in andere krantenbanken iets artikel tegenkomen. Zo’n krantenartikel vermeldt in veruit de meeste gevallen de datum waarop en de instantie waar het vonnis is uitgesproken of zal worden uitgesproken.
Indexen en rolboeken
Hebben beide bronnen niets opgeleverd? Dan kan je altijd nog de alfabetische indexen en rolboeken afgaan. Het beste kijk je dan in indexen of rolboeken van de rechtbank, het vredegerecht of het kantongerecht die de zaken behandelde van de gemeente waarin jouw voorouder woonachtig was.
De twee veruit belangrijkste gegevens die je moet onthouden bij het opzoeken van een uitspraak in de vonnisboeken of processen-verbaal zijn de datum van de uitspraak en het rolnummer. Het rolnummer vind je alleen in de indexen en rolboeken en gebruik je om het juiste vonnis te vinden. Per zittingsdag worden veel zaken behandeld, dus alleen de uitspraakdatum is niet altijd richtinggevend.
Bronnen voor onderzoek
Open Archieven
Rolboeken rechtbanken (FL) Arrondissementsrechtbank (NB) Gerechtshof (NB) Hof van Assisen (NB) Kantongerecht (NB) Klapper op veroordeelden (NH) Rechtbank van Eerste Aanleg (NB)
Andere sites
Vonnissen arrondissementsrechtbank Assen (DR) Rolboeken arrondissementsrechtbanken (FL) Vonnissen kantongerechten, rechtbanken en gerechtshoven (NB) Vonnissen vredegerechten (NB) Vonnissen arrondissementsrechtbanken (NH) Vonnissen vredegerechten (NH) Vonnissen rechtbanken en hof van assisen (ZL) Vonnissen arrondissementsrechtbanken (ZL)
Meer lezen of zien?
- Misdaad en straf, CBG | Centrum voor familiegeschiedenis
- 5-stappenplan – Zo vind je een strafvonnis in het BHIC, Yory.nl
- Gevangenisarchieven tot 1940, Brabants Historisch Informatie Centrum
- Code Pénal (Wetboek van Strafregt) versie 1867, Wikisource